Verlenging van de risicoperiode voor niet-geregistreerde schenkingen16 November 2020

In het regeerakkoord van 30 september 2019 van de Vlaamse regering (Jambon I) worden enkele bijzondere maatregelen voorzien inzake erf- en schenkbelasting.

Er wordt voorgesteld een wijziging aan te brengen aan de bepalingen van de Vlaamse Codex Fiscaliteit (V.C.F.) inzake de ‘verdachte periode’ van (vooralsnog) drie jaar na het doen van een schenking die niet wordt geregistreerd.

Schenkingen van roerende goederen (zoals bijvoorbeeld gelden, juwelen) kunnen geschieden zonder authentieke (notariële) akte en zonder het betalen van schenkbelasting (registratierechten). Dergelijke schenkingen moeten immers niet verplicht worden geregistreerd.

Indien er niet vrijwillig tot registratie wordt overgegaan, begint een risicoperiode te lopen die drie jaar duurt. Indien de schenker gedurende deze periode overlijdt, is over de waarde van de schenking geen schenkbelasting verschuldigd maar zullen successierechten worden geheven. De tarieven van deze successierechten zijn hoger, zijn progressief van aard (precieze tarief afhankelijk van de aard van verwantschap tussen overledene en begunstigde) en zijn bovendien van toepassing op de totale grondslag voor de heffing van de erfbelasting. Dit in tegenstelling tot de voordelige en bovendien vlakke tarieven in de schenkbelasting betreffende roerende goederen, te weten 3 % tussen partners en in rechte lijn of 7 % in geval van andere verwantschap. Met bovenstaande fictiebepaling wil de administratie vermijden dat men zich kort voorafgaand aan het overlijden nog ‘verarmt’ ten einde de toepassing van de erfbelasting te ontlopen.

Gedurende gezegde risicoperiode van drie jaar kan er alsnog tot vrijwillige registratie van de schenking ‘in extremis’ worden overgegaan in het geval de overlevingskansen van de schenker kleiner worden, bijvoorbeeld bij ziekte. Op die manier kan het risico worden ‘afgekocht’ door bevrijdende betaling van registratierechten. Een ‘plots’ overlijden heeft daarentegen onverbiddelijk de toepassing van bovenstaande fictiebepaling tot gevolg.

De Vlaamse regering is voornemens bovenstaande risicotermijn te verlengen van drie tot vier jaar, en dat voor alle schenkingen die worden gedaan vanaf 1 juli 2021 (terwijl de eerder gedane schenkingen blijven vallen onder te termijn van drie jaar, zodat geen actie vereist is in dat verband).

Een andere fictiebepaling in de VCF is die van het ‘wettelijk vermoeden van eigendom’. Daarbij worden goederen waarvan kan worden aangetoond dat de erflater er eigenaar van is geweest in de periode van drie jaar voorafgaandelijk aan zijn of haar overlijden, verondersteld nog in zijn of haar nalatenschap aanwezig te zijn op dat ogenblik. Zo wordt in het geval van verkoop van een onroerend goed in de periode van drie jaar voorafgaandelijk aan het overlijden, de verkoopprijs verondersteld nog in de nalatenschap aanwezig te zijn en zal die verkoopprijs dus worden belast in de successierechten, dit tenzij de erfgenamen kunnen aantonen dat zij al was vervreemd, of ‘opgeleefd’ (bijvoorbeeld om de kosten van verblijf in een rusthuis te kunnen dekken).

Welnu, ook de termijn voor gezegd wettelijk vermoeden van eigendom wenst de Vlaamse regering op te trekken van drie naar vier jaar.

Ten slotte staat er in de VCF een bepaling omtrent uitkering van levensverzekeringen die geschieden in de periode van drie jaar voorafgaandelijk aan het overlijden van de erflater. Deze uitkeringen worden in hoofde van de begunstigde ervan belast in de erfbelasting, hoewel de gelden in kwestie door de uitkering strikt genomen geen deel uitmaakten van de nalatenschap.

Ook voor dergelijke uitkeringen in het kader van levensverzekeringen is de Vlaamse regering voornemens de risicotermijn van drie tot vier jaar te verlengen.

Indien u voornemens bent nog voor de zomer van 2021 een roerende schenking te doen zonder betaling van registratierechten, of indien u meent mogelijks getroffen te worden door één van de andere fictiebepalingen, dient u het bovenstaande indachtig te houden.

Wij volgen het besluitvormingsproces van de Vlaamse Regering verder op en houden ons graag ter beschikking voor alle verdere toelichting betreffende het bovenstaande.

Terug naar overzicht